De grillige
plattegrond van het terrein, betekent dat er vele hoekjes en kantjes te
ontdekken zijn. Het is geen vlak terrein, maar met hellingen,
graspartijen (weidegras), afgewisseld met bosjes her en der.
Een kleine beek
vloeit door het dalletje en ontspringt vanuit de bron bij de buur. Het beekje
en de oevers staan beschreven in het bestemmingsplan als natuurgebied en dat is
het ook, met vele inheemse loofbomen zoals els, es, eik, wilg, ed.
Een gedeelte van
het land staat als agrarisch en een deel als ‘terrain de loisirs’ (recreatie
terrein).
Het hebben van
een bron op eigen terrein is zeer fijn geschenk, die is aanwezig op het hoger gelegen deel en
heeft nog nooit droog gestaan. Door middel van zwaartekracht zijn er enkele
afnamepunten dicht bij de gebouwen, namelijk een tuinkraantje achter bij de hoofdwoning,
in de wasruimte en bij de doorgang aan woning nr 14.
Verder staan er
tal van notelaars op het land, waaruit elk jaar weer een goede oogst komt met
de lekkerste walnoten. De twee oudste
notelaars krijgen de kans om heerlijk te pronken op het terrein.
Oude en nieuwe
fruitbomen, zoals peren, diverse pruimen, kerselaar, maar ook sleedoorn maken
het extra fijn om van deze
paradijselijke plek te genieten. Mooie bloesems in de lente, schaduwplekken in
de zomer en vruchten later op het seizoen en in het vroege najaar.
